Eiwitten en Suikers in Paardenvoeding

Het spijsverteringsstelsel van paarden is erop gebouwd om de hele dag voedsel te verteren waarbij steeds kleine hoeveelheden energie tegelijkertijd vrijkomen. De dikke darm en de daar aanwezige darmflora spelen een zeer belangrijke rol en zorgen ervoor dat diverse voedingsstoffen worden opgenomen en opgeslagen in het lichaam. Om deze redenen is ruwvoer zo’n belangrijk onderdeel van de paardenvoeding. Als aanvulling daarop geven we krachtvoer in de vorm van brokken en/of muesli. Maar wat is nu het beste krachtvoer? Laten we even focussen op twee belangrijke voedingsstoffen: eiwitten en koolhydraten.

Eiwitten

Eiwitten zijn de bouwstoffen van het lichaam. Ze zijn nodig voor de aanmaak van nieuwe cellen en weefsels en voor het herstel ervan (spierherstel). Vanwege hun rol bij de celaanmaak zie je bijvoorbeeld ook dat in voeders voor veulens en drachtige of lacterende merries de eiwitpercentages hoger liggen.

Niet alle eiwitten zijn hetzelfde en sommige eiwitten kunnen niet goed door het (paarden)lichaam worden opgenomen. Eiwitten die bijvoorbeeld wel goed opgenomen kunnen worden zijn die uit het eiwitrijke luzerne. Een teveel aan eiwitten wordt omgezet in brandstof, dus energie. Hierbij komen echter schadelijke stoffen vrij die via de nieren uitgefilterd dienen te worden. Daarbij is veel water nodig en zal het paard dus meer gaan drinken en komt er meer urine vrij. 

Een te veel aan eiwitten werd vroeger nog al eens aangewezen als veroorzaker van hoefbevangenheid. De laatste jaren is echter duidelijk geworden dat juist suikers hierin een grote rol spelen.

Koolhydraten en Suikers

Suikers zijn eenvoudige koolhydraten die zeer snel omgezet kunnen worden in energie. Zetmeel is ook een koolhydraat, die ook snel kan worden omgezet in energie, maar die in de dunne darm wel enigszins moet worden verteerd voordat het daadwerkelijk opgenomen kan worden. Het spijsverteringsstelsel van een paard is niet gemaakt om veel koolhydraten tegelijk te verteren. Als er te veel zetmeel binnen komt, komt het teveel in de dikke darm terecht waar het schade aan kan richten aan de darmflora. Hierdoor komen weer schadelijke stoffen vrij wat de kans op hoefbevangenheid groter maakt. Dit gebeurt ook met fructaan, complexe ‘suikers’ die veel in voorjaarsgras voorkomen. Ook een snel wisselende bloedsuikerspiegel, die juist weer vooral door de eenvoudige suikers wordt veroorzaakt, maakt de kans op hoefbevangenheid groter. Hoeveel suikers en andere koolhydraten er in je paardenvoer moeten zitten, hangt af van de hoeveelheid die je paard verbruikt. Een paard dat in korte tijd hoge inspanning moet leveren kan baat hebben bij snelle suikers, terwijl een paard waarvan we gedurende een langere tijd een wat lagere inspanning verwachten meer heeft aan de vetzuren uit ruwvoer.

Conclusie

Er zijn niet voor niets zo veel soorten krachtvoer op de markt: het ene paard is het andere niet en een paard waar we grote inspanning van verwachten, heeft andere voedingsbehoeftes dan een paard wat op rust staat. ‘Te’ is nooit goed. Belangrijk is dus dat je de hoeveelheid en het soort krachtvoer afstemt op de behoefte van je paard of pony. Zo houd je je paard gezond!